Himmelhoch jauchzend, zum Tode betrübt

Vrijdagmiddag, 16.00 uur: Met een grijns van oor tot oor sluit ik mijn computer af. Dit was echt een TOP-week.

Ik gaf twee webinars met superenthousiaste deelnemers. Een masterclass waar de energie vanaf spatte. Ik had een paar sessies met klanten die tot zoveel AHA-momenten leidden dat ik mij serieus afvroeg wie er blijer was: zij of ik. En dan als klap op de vuurpijl het webinar van een lieve klant aan een groep van mijn klanten. Al jubelend sluit ik mijn computer af dus, via de sportschool naar huis. Ik voel me ‘on top of the world’. Wat ben ik hier goed in, wat heb ik veel te brengen, die business loopt als een tierelier. Geen zorgen over de toekomst. Ik groei, groei, groei.

Wie denk je wel niet dat je bent, Marlies van der Hout!

Fast forward dezelfde dag, 19.00 uur: Ik zucht. Stiekem had ik gehoopt dat mijn mailbox inmiddels was gevuld met de een na de andere aanmelding voor mijn training. Niets is minder waar. Sterker nog, iemand heeft zich zojuist afgemeld voor mijn workshop van volgende week. En ik krijg een mailtje van iemand die toch niet met mij in zee gaat maar met een ander want ‘daar verwacht ik op een hoger level aan de slag te kunnen’. En voordat ik het doorheb is het er: ‘Ben ik wel zo goed als ik denk?’ En ik denk aan de kantoorruimte die ik volgende week ga bezichtigen. Een ruimte die veelbelovend is maar ook een fiks hogere huurprijs heeft dan mijn huidige ruimte. Wat als ik ga verhuizen en dan blijven de klanten uit? Ik zie het ineens een stuk onzekerder in dan een paar uur geleden. ‘Wie denk je wel niet dat je bent, Marlies van der Hout!’

Ik lijk wel een puber

Nogmaals fast forward dezelfde avond, 21.30 uur: ik glunder en proost met manlief. Wat een heerlijke avond. Samen op de bank (ja lekker burgerlijk vrijdagavondgedrag), filmpje, boekje. En, in de afgelopen 2,5 uur zijn twee aanvragen voor een traject binnengekomen. En mijn mailbox is opgefleurd met meer dan lovende reacties op mijn werk. Ik glunder en glunder, mijn buik borrelt en ik ben weer ‘on top of the world’. Ik stuur een appje aan twee lieve vriendinnen en zeg: ‘Ik lijk wel een puber. Himmelhoch jauchzend, zum Tode betrübt’.

Manlief schudt zijn hoofd en lacht (me uit, ja eigenlijk lacht hij me gewoon uit): “Maar Marlies, je weet toch intussen hoe dit gaat. Het ene moment vliegen de opdrachten binnen, het volgende moment krijg je de een na de andere ‘nee’. Hoe kan je dan toch verbaasd zijn als het weer gebeurt?” En een van die lieve vriendinnen appt terug met enkel de vraag: ‘Waar zit je in je cyclus?’

Ik schaam me

Ik lach, maar schaam mij ook een beetje. Jeetje, ik ben nu 9 jaar zelfstandig. 9 jaar! Ik zou toch beter moeten weten. In die 9 jaar is er nog nooit een moment geweest dat ik mij zorgen moest maken over de voortgang van mijn business. In die 9 jaar hebben ups & downs elkaar altijd afgewisseld. In die 9 jaar heb ik altijd de touwtjes in handen gehad. In die 9 jaar heb ik keer op keer weer kunnen vaststellen dat ik het goed voor elkaar heb. In die 9 jaar heb ik veel, heel veel klanten begeleid precies op dit soort gemiep! En nu maak ik mij daar zelf schuldig aan. Oeps.

On top of the world

Dus, ik zet de week even op een rijtje: wat heb ik gedaan, waar ben ik trots op, waar ben ik dankbaar voor, wat ging goed en wat kan beter. Zoals ik mijn klanten altijd aanraad te doen. Dat voelt goed. Heel goed. En ik neem nog een borrel. Op mij. Op mijn business. Op mijn klanten. Op, nou gewoon op dat ik ‘on top of the world ben’.

Dus als jij nu twijfelt. Of je die praktijk van de grond gaat krijgen. Als jij nu teleurgesteld bent omdat de klanten niet zo snel komen als je had gewild. Zet dan eens op een rijtje: waar stond je een jaar geleden, waar stond je een half jaar geleden. Een maand geleden. En waar sta je nu. Wat heb je bereikt? Wat heb je gedaan dat je nooit verwacht had ooit te doen? Wat heb je NIET gedaan waarvan je weet dat het je die stap verder brengt. Wat ging goed, en wat kan beter. En formuleer dan je eerstvolgende stap. En go, go, go!